WERKLUST

Stuur jezelf en help een ander.

Stelling: managers vinden de omgang met professionals maar lastig. Nu er langzaam een herwaardering is voor vakmanschap zie je managers vreemde opvattingen ontwikkelen over de omgang met vakmensen.

Folklore dus.

Een van die opvattingen is dat er vooral ruim baan gegeven moet worden aan professionals. Vakmensen moeten zoveel mogelijk ruimte krijgen en met zo min mogelijk regels geconfronteerd worden. Dan is een prachtig resultaat mogelijk.

Nu zeggen de Duitsers al dat in der Beschrankung sich den Meister zeigt.  De echte professional perkt zichzelf juist in. Hij volgt een vaste methode en werkt vaak een script of protocol af dat hem de juiste richting in stuurt. Hij gebruikt andere professionals om zijn vakkennis te scherpen. Als hij samenwerkt in een groep professionals probeert hij tot een professionele standaard te komen. Met het handige gevolg dat iedereen op dezelfde manier werkt.

Bij onbeperkte ruimte zou iedereen iets anders doen.

Kortom professionele ruimte is er om ingevuld te worden, niet om onbegrensd te zijn.

Maar er is nog iets anders.

Professionals worden namelijk nog door andere zaken ingesnoerd dan alleen door professionele standaards, methoden en technieken.

Er zijn ook nog wettelijke voorschriften, werkprocessen, procedures, ICT schermen en een hele rits andere dingen die een organisatie gebruikt om zichzelf op de te houden.

Dit noemen we dan  de donut. De deegring van de donut bestaat uit alle regels, procedures, resultaatafspraken en zo voort. Het gat staat voor de professionele ruimte.  Veel management is er op gericht om het gat zo klein mogelijk te krijgen.

Meer grip.

Het is maar de vraag of dat wat oplevert

Op de hoeveelheid organisatorische humbug kan zeker nog worden bezuinigd om de vakmens ruimte te geven. Die ruimte moet wel worden ingevuld met deugdelijk onderbouwde of bewezen methoden en technieken.

Plaats een reactie